Van toerist naar inwoner

Pangyo Techno Valley vanuit het hotel

Ons appartement in het district Bundang-gu van de stad Seongnam-si, net onder Seoul (Zuid Korea), is nog niet beschikbaar. De verklaring daarvoor raakt verstrikt in de communicatie knoop tussen ons en het plaatselijke relocatie bureau (“het stond toch leeg toen we in juni de beschikbare appartementen zijn gaan bekijken.”) Het ontgaat mij volledig. En dus beland ik op dinsdag 1 augustus in het courtyard Marriott hotel op de drempel van Pangyo Techno Valley. Ik ken het hotel van mijn eerdere bezoeken aan Korea en het hotelpersoneel kent mij. ”Je zou toch je eigen appartement hebben”: merkte een van de jongens op van wie ik de laatste keer afscheid had genomen. – ik had me daarbij laten ontvallen dat ik snel weer terug zou zijn in Korea maar dan een eigen woning zou hebben -  Mijn uitleg over wat er aan de hand was maakte hem er niet gerust op. “Hier heb je mijn ´businesscard´, bel me als je in moeilijkheden zit”. Dit gaat het dus weer worden de komende kleine drie weken, dacht ik toen ik me realiseerde nogal triomfantelijk afscheid te hebben genomen in de wetenschap dat ik voorlopig verlost zou zijn van het hotelleven. Het is absoluut geen slechte plek om te vertoeven. Voor het hotel stroomt een riviertje waarlangs een fietspad en een voetpad (met een zuurtjes groen plaveisel en…….een licht verende ondergrond) zijn aangelegd. Er is geen excuus meer om het hardlopen niet maar weer eens op te pikken. Langs de route staan ook gymtoestellen die in een sportschool niet zouden misstaan. Iets robuuster maar ze blijven heel en ze blijven staan. Dit is natuurlijk wel Korea, de fietsen naast het hotel stonden ook al niet op slot. Het hotel heeft een shuttle bus die me in ongeveer een half uur naar mijn werk brengt. Terug naar het hotel is minder comfortabel. De taxi doet er, afhankelijk van het verkeer, drie kwartier tot anderhalf uur over. Annie besluit me achterna te reizen als het appartement wel beschikbaar is.

De ontwikkeling van het gebied Pangyo in de stad Seongnam-si, onderdeel van de metropool Seoul, begon in 2003. Het diende als overloopgebied voor Gangnam, hartje Seoul, waar de vraag naar appartementen het aanbod ver overtrof. Het is relatief ruim en groen van opzet. Je vindt er geen laagbouw. Zoveel ruimte is er nou ook weer niet als je met bijna 25 miljoen inwoners tot een van de grootste metropolen op de wereld behoord.  In de laatste fase van het project is Pangyo Techno Valley gebouwd. Hier komen bedrijven, onderzoek instituten, “start-ups” en onderwijs samen om een smeltkroes te vormen voor innovatie en product ontwikkeling. Een promotie film uit 2005 laat duidelijke de ambitie zien die Korea heeft met dit gebied. s’Morgens stroomt er een schier oneindige rij mensen het gebied binnen. Die s’avonds tussen zes uur en half acht weer vertrekken om te worden opgeslokt door het metro station van Pangyo.  Techno Valley is wel een aardig gebied om doorheen te wandelen, parkachtig aangelegd met soms opvallende architectuur.

 
Ons appartement

Appartementen flat ‘Time Bridge’. Wij wonen op de 22ste etage in de rechter toren.

Maar dan komt het er toch van. Op 17 augustus mogen we ons appartement in. ‘Time Bridge’. We wonen op de 22ste etage. Het appartement is ongeveer 270m2 groot. Heeft een huiskamer, drie slaapkamers, twee badkamers, een keuken en een inloop kast. Ruim bemeten voor met z’n tweeën  We krijgen het bewoonbaar met gehuurd meubilair. Niet echt onze smaak maar wel comfortabel. Van de drie appartementen waaruit we konden kiezen is deze het geworden. Het uitzicht vanuit de huiskamer bij dit appartement vinden wij het mooist. Vandaag komt ook Annie over. Ze neemt de bus vanaf Incheon Airport naar het Jeongja station. Na een ervaring met een kamikaze achtige taxi chauffeur, van een eerder bezoek aan Korea, zweert ze bij de bus. Niet onterecht, ze rijden de hele afstand op een vrije busbaan. Uiterst betrouwbaar. Ik reken 80 minuten van Incheon tot aan het metro station Jeongja, waar we 5 minuten lopen vandaan wonen. Een behoorlijke misrekening. Als ik me veters aan het strikken ben, we hebben naar Koreaans gebruik onze schoenen uit in de woning, om haar van de bus te halen staat ze voor de deur. Slecht begin!

Mijn lease auto is ook aangekomen. Een echte Koreaan. Ik ben nog wel even in paniek gebracht door de man die de auto kwam afleveren: “De navigator verstaat alleen Koreaans”. Ik heb een slecht ontwikkeld richtingsgevoel dus een auto met een navigator die ik niet versta kan eigenlijk gelijk wel weer terug. Maar de navigator en ik blijken achteraf toch een taal gemeenschappelijk te hebben: Engels, waarmee niet is gezegd dat de Nav en ik geen communicatie problemen hebben. Dat blijkt wel als we zaterdag voor het eerst in de auto rond rijden. We doen er ongeveer drie kwartier over om bij de dichtstbijzijnde winkel te komen. (De Nav had berekend dat 11 minuten voldoende moest zijn.) Daarmee de halve stad in een aangeslagen toestand gebracht. Geen idee wat ik fout deed. Er zijn drie dingen waar ik aan moet wennen in het Koreaanse verkeer: De stoplichten staan aan de overkant van het kruispunt. Als Nederlander even opletten dat je niet doorschiet voor een rood licht. Je mag rechtsaf slaan door rood. En de meeste Koreaanse chauffeurs hebben zich niet aangewend richting aan te geven. Het is dan ook vaak gokken wat de auto voor je gaat doen. Lastig als je ook nog eens links en rechts mag inhalen.

Groente en fruit stalletje in Migeum. Een metro station verderop

Maar uiteindelijk toch schade vrij naar de e-mart geweest. Als je als beginnende inwoner van Korea iets zoekt, een schroevendraaier bijvoorbeeld, dan begin je bij de e-mart. Van voedsel tot gereedschap, het is er behoorlijk duur, maar ze hebben het wel. Wil je het goedkoper dan moet je naar een gespecialiseerde winkel of markt. De prijzen zijn voor ons nog wel even wennen. Het levensonderhoud is hier anderhalf tot twee keer zo duur. Twee Euro voor een komkommer is nog even een te hoge drempel. We komen dan ook met een matig gevulde boodschappen tas thuis. Hier staat dan wel tegenover dat uit eten, het openbaar vervoer en de taxi´s veel goedkoper zijn.

Ons appartement heeft een eigen dynamiek waar we zelf een beetje onhandig instaan. De televisie springt s´nachts  weleens spontaan aan. Je hoort geluiden waarvan je denkt: “zou dit gebouw zich nog moeten zetten”? Zo hebben we ook een huis telefoon. Belt er iemand beneden aan dan kunnen we zien wie dat is en eventueel open doen. Dat is ons nog niet gelukt. We horen de bel, het scherm springt aan maar we zien niemand. Koreaans door krakende elektronica zet ons aan om snel naar beneden te gaan waar een vriendelijk knikkende receptionist duidelijk maakt dat hij de bezoekers al naar boven heeft laten gaan. De tijdspanne om weer boven te komen overtreft vaak het geduld van de bezoekers. En zo zijn wij een aantal keer niet thuis geweest op het afgesproken tijdstip. Met enig regelmaat hebben we een aankondiging van onze huis omroepster. Ingeleid met het riedeltje dat ze ook gebruiken bij de jaarafsluiting in de film Grease. Ik versta er niets van. Het zal wel geen aankondiging zijn voor een swingende bingo avond maar bij een potje putten in het ruige groen langs de rivier kan ik me iets voorstellen. De glazenwasser komt langs……zou kunnen. Of het is de uitleg waar de dichtstbijzijnde schuilkelders zijn voor als de bom valt. Dat blijkt het allemaal niet te zijn. Je mag in het gebouw niet roken en harde geluiden moeten na 10 uur s´avonds vermeden worden.

Het appartementen complex waarin we wonen, is een beetje een rijkelui flat. Als ik s’morgens afdaal naar de parkeer garage staat mijn Kia volkswagen zich behoorlijk uit te sloven om enigszins mee te kunnen met de Bentley’s, Jaquar’s Mercedes etc. Er is niets mis met  mijn Kia K3, de auto voldoet uitstekend. Hij valt alleen een beetje buiten de populatie. Eigenlijk vind ik dat je hem dat niet kunt aandoen. Daar moet ik het misschien toch eens met personeelszaken over hebben.

Begin september en we hebben ons redelijk gevestigd. Er is een huis, een bankrekening en internet. Dat laatste is voor ons een voorziening die steeds hoger op de ladder van eerste levensbehoeften klimt. Zeker nu de kinderen achterblijven in Nederland. Daarmee halen we ook zo´n tweehonderd tv zenders op ons scherm. Tien daarvan kunnen we verstaan waaronder CNN, BBC en TV5. De tv springt aan op CNN en de oplopende spanningen tussen Noord Korea en de Verenigde Staten spat van het scherm. Dan zie ik op een Koreaanse zender ook nog een spotje over ´wat te doen bij een lucht aanval`. Een ongemakkelijk gevoel bekruipt me. Wat had ik ook alweer bedacht toen ik een half jaar geleden ja zei op de vraag of ik voor twee jaar naar Zuid Korea wilde? De orkaan Irma verdringt het onderwerp voor enige tijd maar het barst weer los na de speech van president Trump voor de Verenigde Naties. Het thuisfront begint te vragen of de vlucht terug al geboekt is.....! De Koreanen die ik spreek, dat zijn vooralsnog mijn collega´s op het werk, zijn er vrij nuchter over. Geen spoor van onrust, gewend als ze zijn aan de dreiging vanuit het noorden.

Koreaans erfgoed

In de aanloop naar ons Koreaans avontuur hebben Annie en ik ons voorgenomen elke mogelijkheid te benutten om het rijke  Koreaanse erfgoed te bekijken. Daar komt de eerste weekenden niets van terecht. De aanvraag van registratie, rijbewijs, bankrekening, etc. dwingt ons eerst tot een verkenning van het Koreaans ambtelijk apparaat. Maar plots doemt er een vrije zondag op en vertrekken we naar het park Namhansanseong. Op de berg Namhansan. Daarin ligt een van de vier vestingen die de stad Hanyang (tegenwoordig Seoul) moest verdedigen. Gebouwd rond 1639 in opdracht van Koning Injo. Het behoort tot het Unesco wereld erfgoed. Op een aantal plaatsen langs de muur heb je een prachtig uitzicht over het moderne Seoul. Het is er bergachtig maar met keurig aangelegde wandelpaden. Wat dan opvalt is het groot aantal mensen met zeer professionele wandel- en klim uitrusting. Strak gesneden broeken en jassen met bijpassende schoenen, rugzak en wandelstokken. Gezien de moeilijkheid van het terrein deed me dit denken aan een uitspraak van de eigenaar van een sportzaak in Nijmegen: “Het gaat op onze leeftijd dan wel niet meer zo snel, maar dat betekent niet dat het er niet snel kan uitzien”. Waarmee hij me over de streep trok tot de aanschaf van nieuwe hardloop kleding. ´Hiking´is de meest beoefende sport in Zuid Korea. Er is een groot arsenaal aan buitensport winkels. Zo te zien verstaan die massaal de verkoop techniek van mijn sportzaak in Nijmegen.

Waar ik niet naar gekeken heb voordat ik naar Zuid Korea vertrok waren de nationale feestdagen. Uit de verhalen had ik opgemaakt dat iedereen hier altijd werkten. Geen moment aan gedacht tot ik eind september hoorde dat we een volle week vrij hadden. De eerste week van oktober. ´Chuseok´, een van de belangrijkste feestdagen in Korea. Het wordt gevierd op de vijftiende dag (volle maan) van de achtste maand volgens de Koreaanse maankalender. Han-ga-wi, letterlijk: “de grote dag in het midden van de herfst”, wordt het ook wel genoemd. Traditioneel het oogstfeest, maar nu is het een familie feest. Veel Koreanen vertrekken naar hun familie om deze dag te vieren. En dan is goed te merken dat Bundang een gebied is waar Koreanen wonen vanuit het hele land. Ik heb het er nog niet zo stil gezien. Deze week kwam in onze planning niet voor en zo gebeurt het dat Annie in Indonesië is en ik in mijn eentje Chuseok vier in Korea. Volgend jaar is het op 24 september. Staat in de agenda.

- Kerst in Korea -

En dan zitten we plots in november. s´Nachts daalt de temperatuur  onder nul, het herfstpalet aan kleuren verdwijnt uit de natuur, het is donker van- en naar mijn werk, de vochtigheid daalt onder de 30% en ik krijg overal jeuk. De winter komt er aan! Duw-stangen van de deur naar de entree hal krijgen wanten aan. De entree hal, tussen de twee torens van de flat, is groots. Twee verdiepingen hoog met links en rechts een statige wenteltrap naar de eerste verdieping waar de technische dienst huist. Tegen de achterwand een groep levensechte berkenbomen waar vandaan het geluid van fluitende vogels komt. Ze zijn het zwijgen opgelegd, het is het seizoen niet. In die hal verschijnt een enorme kerstboom. Het groen van de boom verdwijnt achter een dichte bepakking versierselen waar de kerststerren rode strepen doorheen trekken. Ook de rest van de hal wordt ge-euphorbiaseerd, net als trouwens grote delen van de stad. Er wordt een kerstsfeer gecreëerd. Dat doet geforceerd aan in een land waar het boeddhisme al eeuwen samen optrekt met het Sjamanisme. Het christendom is na de Koreaanse oorlog sterk in opkomst in Zuid-Korea. Meer dan de helft van de Koreanen is gelovig. 29% daarvan noemt zich christen, 23% hangt het boeddhisme aan. Rondom ons verschijnen steeds meer neonlichte kruizen op gebouwen die we daarmee tot kerk bestempelen.  Het wil maar niet lukken met de kerstsfeer en ons in Korea. Op eerste kerstdag vertrekken we op vakantie naar een uithoek van dit land.